5.1 Inleiding

In hoofdstuk 5 is gekeken naar de empowerment van transgender ouderen op microniveau. Deelvraag 4 luidt als volgt: Wat is de ervaring van transgender ouderen in Nederland, op het gebied van empowerment? Dit hoofdstuk richt zich specifiek op transgender ouderen die als man geboren zijn en nu als vrouw door het leven gaan.

Eerst is in paragraaf 5.2 kort ingegaan op het begrip empowerment, dat het belang verduidelijkt van het in kaart brengen van de wensen en behoeftes van transgender ouderen voor empowerment.

Daarna zijn in paragraaf 5.3 de uitkomsten van de meting betreffend de mate van empowerment van de respondenten beschreven. Ook zijn binnen deze paragraaf de uitkomsten geanalyseerd en daarna in verband gebracht met de gemeten individuele identiteitsontwikkeling van de respondenten. Uit de resultaten van beide metingen is een conclusie en discussie voortgekomen en beschreven.

In paragraaf 5.4 is ingegaan op vijf verschillende overlevingsstrategieën om met restrictieve gendernormen om te gaan, omdat deze verband houden met de identiteitsontwikkeling van transgender personen en daarmee met ook het proces van empowerment op microniveau.

Paragraaf 5.5 bespreekt veerkracht als beïnvloedende factor op de empowerment van transgender ouderen op microniveau, omdat dit naar voren kwam binnen het onderzoek en hierin wordt ook ingegaan op welke invloed de omgeving heeft op het proces van empowerment.

In paragraaf 5.6 zijn de uitkomsten van het onderzoek naar de wensen en behoeftes van transgender ouderen op het gebied van empowerment beschreven.

Tot slot is in paragraaf 5.7 de algehele conclusie van deelvraag 4 gegeven.

5.2 Explicatie van het begrip ‘empowerment’

Zoals al benoemd in paragraaf 1.1. & 1.4.2 richt empowerment zich op versterken van personen en groepen met als doel dat iedereen een volwaardige plek in de samenleving heeft (Van Regenmortel, 2010) (uit Boumans, 2012). Hierin staat sociale inclusie voorop. De kracht en inzet van de burgers zelf zijn hierbij de drijfveren en de professionele dienstverleners en organisaties hebben hierbij een ondersteunende rol. Sociale inclusie kan worden gerealiseerd wanneer burgers met elkaar in contact komen en in gesprek raken, omdat dit participatie in de samenleving kan stimuleren. Het erkennen van individuele kwetsbaarheden, zonder deze te individualiseren, is hierbij van cruciaal belang. Van Regenmortel (2010) wijst namelijk op de samenhang tussen individuele kwetsbaarheid en maatschappelijke kwetsbaarheid. Hiermee wordt bedoeld dat de kloof tussen ‘kwetsbare’ burgers en ‘gewone’ burgers groot zal blijven, zolang er binnen de samenleving op de kwetsbaarheid van mensen gereageerd wordt door middel van stigmatiseren en discrimineren. Om de kloof te dichten dient men een insiderperspectief aan te nemen. Immers het hebben van ervaring met deze moeilijke omstandigheden, zoals discriminatie en stigma, heeft waarde, want het kan iemand kennis bieden en het kan iemand de (veer-)kracht geven om een andere betekenis aan haar of zijn situatie te geven, of op zoek te gaan naar een positieve identiteit of om eigen verantwoordelijkheid te nemen voor zijn of haar situatie. Om deze reden hecht empowerment grote waarde aan ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid (Van Regenmortel, 2010) (uit Boumans, 2012).

Transgender ouderen zijn in het geval van deze scriptie de ‘kwetsbare’ burgers en cisgender personen de ‘gewone’ burgers. De transgender ouderen zijn ook ervaringsdeskundigen in het onderzoek, die het insidersperspectief van deze groep bieden. Dit perspectief brengt de wensen en behoeften van deze groep in kaart.

5.3 Het onderzoek naar de empowerment van transgender ouderen op microniveau

5.3.1 Respondenten en procedure

Aan het onderzoek namen tien respondenten deel van de leeftijd tussen de 55 en de 73 jaar. Alle respondenten waren transgender ouderen die als man waren geboren en als vrouw door het leven gaan. Respondenten waren gevonden door een oproep via de Vereniging Genderdiversiteit en via een oproep op social media, en hebben zich vrijwillig aangemeld. Interviews werden bij de respondenten thuis, bij de onderzoeker thuis of op een externe locatie gehouden en de interviews duurden gemiddeld anderhalf uur. Alle tien de respondenten zijn geïnterviewd aan de hand van een interviewschema waarin een empowerment checklist is opgenomen (zie bijlage 3.1).

5.3.2 Materiaal: empowerment checklist

Verschillende onderzoeken richten zich op de vraag wat mensen met een psychische kwetsbaarheid verstaan onder de term empowerment en hoe dit kan worden gemeten. Binnen dit onderzoek wordt het meten van empowerment van transgender ouderen gebruik gemaakt van de elementen die opgesteld zijn door Judi Chamberlin (1997). Chamberlin (1997) deed onderzoek naar een werkzame definitie van empowerment en zo onderzocht zij wat empowerment voor mensen met een psychische kwetsbaarheid betekende. Dit resulteerde in een definitie welke is opgebouwd uit vijftien uitzonderlijke elementen. Deze elementen leggen de nadruk op het ervaren van (mensen)rechten. Zo onderscheidde Chamberlin (1997) onder andere ‘recht op keuzevrijheid en -mogelijkheden’ en ‘recht op informatie’ als elementen van empowerment en noemde zij elementen als ‘kritisch leren denken’, ‘assertiviteit’ en ‘het bewerkstelligen van veranderingen in de gemeenschap’.

Binnen dit onderzoek is gebruik gemaakt van de ‘empowerment checklist’ van Chamberlin (1997) om empowerment onder transgender ouderen te meten. Dit heeft als reden dat het een ‘werkzame definitie van empowerment’ is uitgebreid, duidelijk en eenvoudig te bevragen (zie bijlage 3.1 voor de empowerment checklist van Chamberlin, 1997). De vijftien vragen die aan bod komen, richten zich op in hoeverre een transgender ouderen per topic wel of geen beperking als gevolg van het ‘transgender-zijn’ ervaren. De topics waarop de respondenten bevraagd zijn, zijn te vinden in tabel 3. Een toelichting van deze topics is te vinden in de empowerment checklist van Chamberlin, 1997 (bijlage 3.1).

5.3.3 Resultaten analyse empowerment checklist

Tabel 3: beknopte resultaten van de empowerment checklist

Empowerment Checklist
Respondent R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9 R10
Leeftijd respondent 60 72 55 55 60 56 71 58 55 73
Beslissingsvrijheid + + + + + + + + + +
Toegang hebben tot informatie en tot hulpbronnen + + + + + + + + + +
Keuzemogelijkheden + + + + + + + + + +
Assertiviteit (het duidelijk opkomen voor jezelf, je wensen en je verwachtingen) + +/- + + + + + + + +
De mening van het individu (het hebben en durven uitspreken van een eigen mening) + + + + + + + + + +
Kritisch leren denken i.p.v. geconditioneerd handelen (dingen op een andere manier bekijken) + + + + + + + + + +
Boosheid tonen en er mee om leren gaan + + + + + + + + +
Het belang van de groep en het gevoel er niet alleen voor te staan + + + + + + + + + +
Bewust zijn van het hebben van mensenrechten + + + + +/- + + + +
In staat zijn om zelf veranderingen aan te brengen in zijn/haar bestaan + + + + + + + + + +
In staat zijn om nieuwe vaardigheden aan te leren + + + + + + + + + +
In staat zijn om de stereotype opvattingen van anderen te wijzigen + +/- +/- + + + + + +
Uit de kast komen + + + + + + + + + +
Uit zichzelf blijven groeien en blijven veranderen + + + + + + + + + +
Stigma overstijgen en een positief zelfbeeld opbouwen + + + + + + + + + +

Uit de analyse van de empowerment checklist (tabel 3) kwam naar voren dat alle tien respondenten aangeven (1) geen belemmeringen in hun beslissingsvrijheid te ervaren, (2) voldoende toegang te hebben tot informatie en tot hulpbronnen, (3) geen belemmeringen in hun keuzemogelijkheden te ervaren, (5) hun eigen mening te hebben en deze uit te durven spreken, (6) kritisch te kunnen denken in plaats van geconditioneerd te handelen, (8) het gevoel te hebben tot een groep te behoren en er niet alleen voor te staan, (10) in staat te zijn om zelf veranderingen aan te brengen in hun bestaan, (11) in staat te zijn om nieuwe vaardigheden aan te leren, (13) uit de kast te durven komen, (14) uit zichzelf te blijven groeien en blijven veranderen en (15) het stigma van transgender personen te kunnen overstijgen en een positief zelfbeeld te hebben opgebouwd.

Bovendien kwam uit de resultaten naar voren dat negen van de tien respondenten aangeven (4) te kunnen opkomen voor zichzelf, hun eigen wensen en verwachtingen (assertiviteit) en één geeft aan zich daarin zo nu en dan nog geremd te voelen, omdat ze een transgender persoon is. Ook gaven negen van de tien respondenten aan (7) hun boosheid te kunnen tonen en ermee om te kunnen gaan, en één gaf aan dat ze dit nog moeilijk vindt, maar dat ze dat altijd al moeilijk vond. Daar komt bij dat negen van de tien respondenten aangaven (9) zich bewust te zijn van hun mensenrechten en één respondent is zich er nu heel bewust van, maar had er in het begin veel moeite mee.

Tot slot gaven zeven van de tien respondenten aan in staat te zijn om de stereotype opvattingen van anderen te wijzigen, twee respondenten gaven aan hier soms nog onzeker over te en één respondent geeft aan dat ze dit moeilijk vindt.

5.3.4 Resultaten analyse factor identiteitsvorming

Zoals beschreven in paragraaf 5.1 hecht empowerment waarde aan ervaringsdeskundigheid, omdat ervaringen iemand kennis en (veer-)kracht kunnen geven om met moeilijke situaties om te gaan. In dit onderzoek wordt de factor identiteitsvorming geanalyseerd, omdat identiteitsvorming kan leiden tot ervaringskennis en daarmee kan het proces van identiteitsontwikkeling invloed hebben op de mate waarin empowerment ervaren wordt onder de respondenten. De ervaringskennis is binnen dit onderzoek daarom ook in kaart gebracht onder de noemer identiteitsontwikkeling.

In de interviews gaven alle tien respondenten aan dat zij een worsteling met genderdysfore gevoelens hebben gehad in hun jeugd en/of volwassen leven. Deze worsteling ging veelal gepaard met onbegrip en afwijzing van de ‘buitenwereld’ (bijlage 3.2 & 3.3.). Ook is gekeken naar de mate waarin de respondenten gedurende hun leven gevoelens met betrekking tot depressie, eenzaamheid en suïcidaliteit hebben ervaren. De beknopte antwoorden hierop zijn hieronder weergegeven in tabel 4.

Tabel 4: beknopte analyse van de antwoorden van de respondenten betreffend depressieve gevoelens, eenzaamheid en suïcide.

Depressieve gevoelens / Eenzaamheid / Suïcide
R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9 R10
Depressieve gevoelens Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Een beetje
(had er voor zichzelf geen problemen mee, maar vond het naar de buitenwereld toe lastig)
Eenzaamheid Ja Ja Ja Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Ja Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Een beetje
Suïcide Ja Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Ja Ja Ja Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.
Nee
Heeft hier niets over gezegd.

Zoals tabel 4 laat zien geven acht van de tien respondenten aan dat zij met depressieve gevoelens hebben gekampt, vijf van de tien respondenten zeggenen zich eenzaam te hebben gevoeld en vier van de tien respondenten vertelden op een bepaald moment hun leven te hebben willen beëindigen, en/of hebben hier een poging in ondernomen.

De acht respondenten die hun transitie al voltooid hebben, gaven aan dat ze zich gelukkiger voelen dan voor de transitie en negen van de tien respondenten gaven aan dat hun zelfbeeld in positieve zin is veranderd door in transitie te gaan. De respondent wiens zelfbeeld in negatieve zin was veranderd gaf als verklaring dat ze zich kwetsbaarder voelt nu ze in haar ‘ware identiteit’ leeft (zie bijlage 3.2).

5.3.4 Conclusie & discussie naar aanleiding van de gemeten empowerment en identiteitsontwikkeling

In dit onderzoek werd onderzocht wat de ervaring van transgender ouderen in Nederland is op het gebied van empowerment en hierbij is gekeken of identiteitsvorming invloed heeft op de mate waarin empowerment wordt ervaren. Uitkomsten van het onderzoek tonen aan dat transgender ouderen geen beperking als gevolg van het ‘transgender-zijn’ lijken te ervaren op rechten zoals keuzevrijheid, assertiviteit en het recht op informatie. Transgender ouderen voelen zich empowered, wat een positief beeld schetst van in hoeverre zij een volwaardige plek in de samenleving innemen. Bovendien lijkt het proces tot identiteitsvorming hieraan positief bij te dragen, omdat dit proces kan leiden tot kenniservaring. Kenniservaring kan daartoe weer leiden dat transgender ouderen beter in staat zijn om met moeilijke situaties om te gaan die gebonden zijn aan hun ‘transgender-zijn’.

De resultaten van dit onderzoek staan lijnrecht tegenover het beeld van de transgender ouderen als kwetsbare groep die zich vaak in een intolerante samenleving bevindt (zie probleemstelling, paragraaf 1.5). De logische verklaring voor deze dissonantie is dat de respondenten van dit onderzoek het proces van ‘empowerment’ al grotendeels hebben doorgaan en hierdoor een hogere mate van empowerment ervaren.

Ook schetst de vroegere identiteitsontwikkeling van de transgender ouderen in dit onderzoek (bijlage 3.2) een beeld waarin transgender ouderen in geringe mate empowerment ervaren. Kijkend naar de identiteitsontwikkelingen van transgender ouderen in dit onderzoek, geeft dit veel informatie over de mate van empowerment alvorens, gedurende en na de transitie. Deze resultaten ondersteunen de verklaring dat de transgender ouderen hoge ‘mate van empowerment ervaren’, omdat zij het proces van empowerment al grotendeels achter de rug hebben.

Nu is het de vraag hoe de transgender ouderen deze ‘hoge mate van empowerment’ hebben bereikt en welke factoren hierbij van grote invloed zijn geweest. Belangrijke factoren die hierbij een rol kunnen spelen zijn het gebruik van effectieve overlevingsstrategieën, veerkracht en de rol van de omgeving. Om te verduidelijken of deze factoren ook hebben bijgedragen aan het ervaren van empowerment van transgender ouderen in het onderzoek, zijn deze factoren geanalyseerd. Hier wordt in paragraaf 5.3 en 5.4 op ingegaan.

5.4 Overlevingsstrategieën van genderdiverse personen

5.4.1 Overlevingsstrategieën als beïnvloedende factor op het proces van empowerment

In hoofdstuk 2 (deelvraag 1) is een beeld geschetst van de situatie waarin transgender ouderen opgroeiden, maar is niet ingegaan op hoe transgender ouderen met zo’n situatie omgaan. Want hoe gaan transgender ouderen om met een omgeving die normen stelt waaraan zij niet kunnen voldoen?

In het Actieonderzoek Gendernormen door Cense, Emmen en Holla (2017) werden individuele strategieën weergegeven om met gendernomen om te gaan. Deze strategieën waren zowel gericht op sociale verandering als op persoonlijke expressieruimte. De transgender ouderen in dit onderzoek hadden als gemeenschappelijke factor dat zij allemaal last hadden van de heersende gendernormen (Cense et al., 2017). De strategieën zijn geclusterd tot 5 categorieën, die hieronder zijn beschreven.

De eerste strategie om sociale verandering op het gebied van gender aan te jagen en/of de persoonlijke expressieruimte op het gebied van gender te vergroten is ‘actief sociaal verzet’ (Cense et al., 2017). Dit kan door anderen te confronteren door de andere kant te laten zien wanneer anderen heel genderconforme opmerkingen maken of door zelf een statement te maken, bijvoorbeeld in taalgebruik en/of kleding (Cense et al., 2017).

De tweede strategie is ‘eigen ruimte claimen’. Deze strategie wordt met name gebruikt door iemand die afwijkt van de gestelde gendernormen. Manieren waarop iemand dit kan doen is door negatieve commentaren bij de ander neer te leggen, negatieve commentaren van zich af te laten glijden en stoïcijns te reageren, de ontmoeting met andere mensen op te zoeken en daarmee de ander in verwarring te brengen (de verwarring geeft ruimte) en door een ruimte op te zoeken met mensen die dezelfde normen delen. De ruimte is nodig om emoties te kunnen hebben of gevoelens te kunnen uiten (Cense et al., 2017).

De derde strategie is ‘spelen met gender’. Sociale verandering op het gebied van gender aanjagen en/of de persoonlijke expressieruimte op het gebied van gender vergroten, kan door te spelen met genderidentiteiten, genderexpressie, verwachtingen en normen (Cense et al., 2017).

De vierde strategie is ‘navigeren door gendernormen’. Bij deze strategie kiest iemand ervoor zich op bepaalde vlakken te conformeren om daarmee ruimte te kunnen pakken om op andere vlakken af te wijken (Cense et al., 2017).

De vijfde en laatste strategie is ‘aanpassen om veilig te zijn’. Iemand die zich gender non-conform, transgender of vrouwelijk identificeren, geven binnen het Actieonderzoek Gendernormen (2017) aan dat veiligheid een belangrijke afweging is bij hun strategie. Ze passen hun kleding en hun gedrag aan om agressie te voorkomen (Cense et al., 2017).

De vraag waar deze strategieën op gestoeld zijn, is: Hoe gaan de transgender ouderen om met de gendernormen (die ze daarvoor zelf hadden benoemd)? De strategieën kunnen ook worden benoemd als overlevingsstrategieën, gericht op simpelweg ‘kunnen bestaan’. Dit is misschien zelfs een beter passende omschrijving, omdat deze de noodzaak om een dergelijke strategie in te zetten duidelijker opmerkt.

Het is voor te stellen dat iemand die deze strategie inzet niet op een dag laconiek denkt ‘Goh, laat ik eens wat sociale verandering teweegbrengen’, of ‘Goh, laat ik eens wat expressieruimte voor mezelf creëren’. Nee, het is eerder een gevoel van urgentie om de sociale verandering teweeg te brengen en de expressieruimte te creëren om simpelweg te ‘kunnen bestaan’. De strategieën zijn ontstaan door het ‘niet bestaan’ van de diversiteit binnen de gendernorm en ‘om binnen de gendernormen te kunnen bestaan’ dient de gendernorm te veranderen of het individu zich aan te passen.

5.4.2 Resultaten overlevingsstrategieën van genderdiverse personen

Wanneer de hierboven beschreven strategieën als overlevingsstrategieën worden bekeken, zijn deze te herkennen in de identiteitsontwikkeling van de transgender ouderen van dit onderzoek (bijlage 3.2). Met name de laatste twee genoemde strategieën waren te herkennen in de identiteitsontwikkeling van de respondenten.

Een aantal ouderen gaf aan op een gegeven moment aan door te hebben dat ze geen sociaal wenselijk gedrag vertoonden, wanneer ze bijvoorbeeld als kind een jurk aantrokken. De tweede strategie was in de verhalen van de transgender ouderen in dit onderzoek te herkennen wanneer ze al een stuk dichter bij ‘hun ware identiteit’ waren gekomen en zichzelf als transgender persoon hadden geaccepteerd. Een voorbeeld hiervan is een respondent, die in staat lijkt te zijn om de stereotype opvattingen over haar ‘transgender-zijn’ te wijzigen. Ze doet dit niet altijd, omdat ze het ook ‘het probleem van de ander’ vindt. Ze laat op die manier het negatieve commentaar van zich afglijden en laat het bij de ander.

5.5 Veerkracht als conditie voor empowerment van transgender ouderen

5.5.1 Veerkracht en de omgeving als beïnvloedende factoren op het proces van empowerment

Veerkracht vormt een belangrijke conditie voor empowerment, zegt Van Regenmortel (2009) en kan een belangrijke beïnvloedende factor zijn op het proces van empowerment van transgender ouderen. Van Regenmortel (2009) spreekt over de samenhang tussen veerkracht en empowerment; ‘Veerkracht is het vermogen van een mens of een systeem (groep, gemeenschap) om een goed bestaan te leiden en zich ondanks moeilijke levensomstandigheden positief te ontwikkelen en dit op een sociaal aanvaardbare wijze’ (Van Regenmortel, 2009, p.32). De veerkracht van een persoon wordt sterk beïnvloed door steunende relaties met anderen. Psychologische theorieën die hiermee samenhangen en de bouwstenen vormen van veerkracht zijn bijvoorbeeld de hechtingstheorie – een veilige gehechtheid vormt hierin de bouwsteen – of interne beheersingsoriëntatie – het gevoel invloed en controle te hebben over het eigen leven vormt hier de bouwsteen – maar er zijn nog vele anderen bouwstenen (Driessens & Van Regenmortel, 2006; Van Regenmortel, 2009) (Uit: Van Regenmortel 2009). Veerkrachtige personen weigeren de slachtofferrol op zich te nemen (Rubin, 2003) (uit: Van Regenmortel, 2009) en hebben een sterke wil om eigen ervaringen te gebruiken om anderen te helpen. (Van Regenmortel, 2009). Voor een transgender oudere betekent dit in de praktijk dat ze bijvoorbeeld de rol van ervaringsdeskundige op zich nemen en participeren in dit afstudeeronderzoek en/of vrijwilliger worden bij een transgender instelling, zoals Transvisie. Door geen slachtofferrol in te nemen, ontstaat er ruimte voor de opbouw van een positieve identiteit en deze is weer belangrijk voor het behoud of herstel van zelfrespect (Van Regenmortel, 2009). De kracht van geven is een andere bouwsteen van veerkracht. Veerkrachtige personen kunnen goed luisteren, zijn empathisch en voelen zich verantwoordelijk; ze zijn sterk in het geven aan anderen. Deze kracht brengt het risico met zich mee dat iemand zich verliest in dit geven en hiermee een ‘tweede trauma’ oploopt: de afwijzing, vernedering en gebrek aan waardering van de omgeving. Dit inzicht en de wijze waarop iemand hiermee omgaat, bepalen mee de veerkracht. Het is voor veerkracht ook belangrijk dat iemand een meer constructieve kijk op het verleden krijgt en hiermee een positief toekomstbeeld kan opbouwen. Hoop speelt een belangrijke rol binnen empowerment en het herstelproces van ‘de gekwetste persoon’. De omgeving heeft hierin ook een duidelijke verantwoordelijkheid in het bieden van kansen op positieve identiteitsvorming en rolverwerving, het vermijden van het ‘tweede trauma’, het openstellen en creëren van warme plekken, groepen en steunfiguren en/of in het scheppen van mogelijkheden waar de ‘kwetsbare persoon’ kan ‘geven’.

De omgeving kwam ook veel naar voren in de interviews met de respondenten. Daarom zullen eerst de resultaten met betrekking tot veerkracht en vervolgens zal er ook worden ingegaan op de resultaten van omgeving als beïnvloedende factor op het proces van empowerment.

5.5.2 Resultaten response met betrekking tot veerkracht

Wanneer de veerkracht van de transgender ouderen van dit onderzoek wordt bekeken, blijkt veerkracht een element te zijn die door drie van de tien respondenten is opgemerkt en terug te zien is in de worstelingen in de jeugd en het jongvolwassen leven van de transgender ouderen (bijlage 3.2) Ook een medewerker van PsyQ/Transvisie Zorg geeft in een gesprek aan te denken dat veerkracht een rol speelt bij het acceptatieproces van een transgender persoon.

5.5.3 Resultaten: omgeving als beïnvloedende factor op het proces van empowerment

Zoals eerdergenoemd heeft ook de omgeving een verantwoordelijkheid binnen het proces van empowerment. De doelgroep is dan ook gevraagd naar de reacties op hun transitie vanuit de sociale omgeving. Een samenvatting van de uitkomsten van hun antwoorden zijn hieronder weergegeven in tabel 5 en zie voor een iets beknopte beschrijving van de antwoorden bijlage 3.3.

Tabel 5: samenvatting uitkomsten van de interacties met de sociale omgeving van alle respondenten.

Partner Van de 10 respondenten geven er 5 aan alvorens en tijdens de transitie een partner te hebben gehad. Van de 10 respondenten geven er 4 aan dat hun transitie een negatieve uitwerking heeft gehad op de relatie die ze alvorens de transitie hadden; 2 geven aan dat de relatie met hun partner is verbroken als gevolg van de verandering in genderidentiteit en -expressie, 1 geeft aan dat de verandering in genderidentiteit en -expressie voor veel spanningen zorgt en 1 geeft aan te hebben gewacht met haar transitie tot haar toenmalige vrouw was overleden. Van de 10 respondenten geeft er 1 aan dat haar transitie geen negatieve uitwerking heeft op haar relatie en 5 respondenten hadden geen relatie alvorens en ten tijde van hun transitie. Van de 10 respondenten hebben er 4 momenteel een relatie, waarvan er 2 een relatie hebben met de partner waarmee ze alvorens de transitie samen waren.
Kinderen Van de 10 respondenten hebben er 5 kinderen. Van de 5 respondenten met kinderen geven er 4 aan dat hun kinderen haar volledig geaccepteerd hebben en 1 geeft er aan dat haar dochter het volledig heeft geaccepteerd, maar haar zoon er nog moeite mee heeft.
Familie & Vrienden Van de 10 respondenten geven er 6 aan dat hun familie en vrienden hun als transgender persoon geaccepteerd hebben; 2 geven er aan dat ze niet door hun familie geaccepteerd worden; 1 geeft aan dat haar ouders het niet geaccepteerd hebben, maar haar beste vriend wel; en 1 zegt erg op zichzelf te zijn en niets over vrienden en/of familie die haar wel of niet accepteren als transgender persoon.
Werk Van de 10 respondenten geven er 7 aan geaccepteerd te worden door hun werkgever en collega’s; 1 geeft aan zowel positieve als negatieve reacties te hebben gehad; 1 geeft aan te zijn weggestuurd van haar vrijwilligerswerk bij een verzorgingstehuis met de reden dat sommige patiënten moeite met haar hadden; en 1 persoon is sinds haar transitie nog niet in aanraking gekomen met een werkgever en collega’s, al doet ze wel vrijwilligerswerk bij Transvisie (waar ze als transgender persoon logischerwijs wordt geaccepteerd).
Buitenwereld Van de 10 respondenten geven er 6 aan uitsluitend positieve reacties te hebben gehad van ‘de buitenwereld’ en zich door hen geaccepteerd te voelen; 2 geven er aan zowel positieve als negatieve reacties te hebben gehad vanuit ‘de buitenwereld’; en 2 geven er aan veel negatieve reacties van de ‘buitenwereld te hebben gehad en zich door ‘de buitenwereld’ niet geaccepteerd te voelen.
Lotgenoten Van de 10 respondenten geven er 7 aan positieve ervaringen te hebben met lotgenoten; velen vonden herkenning en erkenning, en ook werd er onderling nuttige informatie uitgewisseld over transgender gerelateerde zaken. Van alle respondenten gaf er 1 aan uitsluitend vrouwen als haar lotgenoten te zien; 1 gaf aan een dubbel gevoel te hebben over lotgenoten, omdat ze in het begin veel herkenning en erkenning bij ze vond, maar zich later niet meer tussen hen thuis voelde; en 1 geeft niets aan over de betekenis van het contact met lotgenoten, maar zegt wel dat transgender vrouwen onderling niet gemakkelijk adviezen kunnen geven of aannemen zonder dat dit een negatieve uitwerking heeft.
Theoretisch versus praktijk Van de 10 respondenten zeggen er 4 iets over de impact van een theoretische of praktische achtergrond. Van deze 4 respondenten denken er 2 dat de theoretische achtergrond van hun collega’s samenhang hebben met de grote mate van acceptatie; en 3 denken dat hun eigen, bovengemiddelde intelligentie hun mate van ‘empowerment’ positief heeft beïnvloed – bijvoorbeeld in de identiteitsontwikkeling en bij het omgaan met verzekeringstechnische procedures

Gebaseerd op de interviews met de doelgroep kan over de factor omgeving van deze respondenten het volgende worden gezegd: de respondenten ervoeren in de relationele sfeer veel moeilijkheden op het gebied van acceptatie, kinderen reageerden over het algemeen – al dan niet uiteindelijk – positief op de transitie van hun ouder, vrienden en familie stonden overwegend accepterend tegenover de ‘nieuwe genderidentiteit’ van de respondenten, werkgevers en collega’s accepteerden de ‘nieuwe genderidentiteit’ van de respondenten over het algemeen, de ‘buitenwereld’ accepteerde ‘het transgender-zijn’ van de respondenten in grote mate, lotgenoten hadden voor velen een positieve uitwerking gehad op het zelfacceptatieproces van de respondenten, twee respondenten dachten dat een ‘intelligente omgeving’ de mate van acceptatie positief beïnvloed en drie respondenten dachten dat hun hoge intelligentie zelf een positieve uitwerking heeft op de weerbaarheid en zelfredzaamheid van deze persoon.

De informatie over identiteitsontwikkeling (bijlage 3.2) vertelt ook iets over de factor omgeving. Bij alle respondenten was er sprake van onbegrip en afwijzing, voortkomend uit de gendernormen beschreven in hoofdstuk 2 (historisch kader); bij sommigen uitte dit zelfs in psychische en lichamelijke mishandeling. Ook voelden veel van hen zich een buitenbeentje en werd de ‘angst voor het oordeel van de buitenwereld’ veel genoemd als reden om de gevoelens van ‘anders-zijn’ niet met iemand te delen. De angst, die zijn wortels vindt in de eerste afwijzing in de kindertijd, werd gevoed door afwijzing gedurende de rest van het leven, tot het zo groot was gegroeid dat dit zonlicht blokkeerde dat nodig was om gezond te kunnen blijven groeien.

5.6 Wensen & behoeftes van transgender ouderen: insiderperspectief

5.6.1 Resultaten onderzoek: Wensen & behoeftes

Uit de interviews zijn onderwerpen naar voren gekomen waarover transgender ouderen, vooral personen die als man geboren zijn en nu als vrouw leven, wensen en behoeftes hebben uitgesproken. Deze zijn gecategoriseerd in de volgende categorieën:

  • Relatie
  • Fysiek vormgeven van vrouwelijkheid
  • Ontharing
  • Stem
  • Mobiliteit
  • Medisch traject en verzekeraars
  • Oude dag
  • Specifieke hulpvragen/ gespecialiseerde hulp
  • Veiligheid
  • Zichtbaarheid

 

De uitkomsten van de interviews zijn te vinden in tabel 6, 7, 8 en bijlage 3.4. Per categorie is beschreven welke oplossingsrichtingen er zijn en op welk niveau deze zich zouden moeten afspelen.

Tabel 6: meting uitkomsten van de wensen & behoeftes van alle respondenten.

Wensen & behoeftes
Heeft een wens behoefte over/ denkt dat transgender ouderen hier behoefte aan hebben R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9 R10
Relaties Ja Ja Ja Nee Nee Ja Nee Nee Ja Nee
Vormgeven vrouwelijkheid Nee Nee Ja Ja Nee Ja Ja Ja Ja Ja
Ontharing Ja Ja Ja Nee Ja Nee Nee Nee Ja Nee
Stem Ja Nee Nee Nee Ja Nee Ja Ja Nee Nee
Weerbaarheid Nee Ja Ja Nee Ja Nee Ja Nee Nee Ja
Mobiliteit Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee
Verzekeraars & Medisch traject Nee Ja Ja Nee Ja Nee Ja Ja Ja Nee
Oude dag Nee Ja Ja Nee Nee Nee Ja Ja Nee Nee
Specifieke hulpvragen (zorg) Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee
Veiligheid Nee Ja Ja Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee
Zichtbaarheid Nee Nee Ja Ja Ja Ja Ja Ja Nee Ja
Werk Nee Ja Nee Nee Ja Ja Ja Nee Ja Nee

 

Tabel 7: samenvatting van de uitkomsten van de wensen & behoeftes van alle respondenten.

Relatie Van de 10 respondenten geven er 5 aan zelf moeite te hebben met het vinden van een relatie en/of het idee te hebben dat transgender ouderen, in het algemeen, behoefte hebben aan ondersteuning op relationeel vlak.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op meso- en microniveau; zo kunnen transgender instellingen iets met deze wensen & behoeftes doen binnen hun aanbod, en zal de individu ook kritisch naar zichzelf moeten kijken in wat ze zelf kan doen om de wens of behoefte te vervullen

Fysiek vormgeven van vrouwelijkheid Van de 10 respondenten noemen er 6 ‘het fysiek vormgeven van hun vrouwelijkheid’ als punt waarvan ze denken dat transgender ouderen, in het algemeen, behoefte hebben aan ondersteuning.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op meso- en microniveau; zo kunnen transgender instellingen iets met deze wensen & behoeftes doen binnen hun aanbod, en zal de individu ook kritisch naar zichzelf moeten kijken in wat ze zelf kan doen om de wens of behoefte te vervullen

Ontharing Van de 10 respondenten geven er 5 aan zelf een wens te hebben op het gebied van ontharing en/of noemen het als punt waar transgender ouderen, in het algemeen, behoefte hebben aan ondersteuning.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op macro- en mesoniveau; zo kan worden gekeken hoe de wensen en behoeftes omtrent ontharing kunnen worden ondersteund op beleidsniveau (bijvoorbeeld door financiële bijdragen of het beïnvloeden van zorgprotocollen), en kunnen transgender instellingen iets met deze wensen & behoeftes doen binnen hun aanbod.

Stem Van de 10 respondenten spreken er 4 een wens of behoefte uit gerelateerd aan hun stem; 2 respondenten geven aan door de telefoon nog wel eens voor man te worden aangezien, 1 respondent geeft aan dat haar stemniveau nog niet helemaal vrouwelijk is en 1 respondent geeft ‘naar de KNO-arts gaan en vervolgens naar de logopedist’ als concrete hulpvraag van transgender ouderen.

Tenzij iemand een telefoon uitvindt waarbij de hoge tonen van een stem niet wegvallen, vraagt deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op microniveau; de individu zal zelf met logopedie aan de slag moeten gaan om het stemgeluid zo ‘vrouwelijk mogelijk’ door de telefoon te laten klinken of ermee leren leven dat ze nou eenmaal een lage stem heeft door de telefoon en hierdoor soms voor man wordt gehouden.

Mobiliteit Van de 10 respondenten spreekt er 1 respondent de wens uit dat er meer transactiviteiten buiten de Randstad en Amsterdam worden gehouden, omdat zij op haar leeftijd en door het niet hebben van een auto minder mobiel is geworden.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op mesoniveau; zo kunnen transgender instellingen iets met deze wensen & behoeftes doen door transgender activiteiten minder in de Randstad en Amsterdam te centreren.

Medisch traject & verzekeraars Van de 10 respondenten hebben er 6 een behoefte op het gebied van ‘medisch traject & verzekeraars’; 3 respondenten geven aan dat een transgender persoon tegen veel moeilijkheden aanloopt met verzekeringen van behandelingen, 1 respondent geeft aan dat haar dokter niet goed wist of ze haar lichaam (biologisch gezien) als vrouwelijk of mannelijk moest behandelen, 1 respondent geeft aan ontevreden te zijn over de nabehandeling van de VU, 1 respondent geeft aan het vervelend te hebben gevonden om aan ‘zoveel onderzoeken te mee te hebben moeten doen’ bij de VU en 1 respondent geeft aan het moeilijk te hebben gevonden dat ze niet om het ‘medische circuit van de VU’ heen (Het was fijner geweest als transgender personen die niets operationeels aan hun lichaam willen laten gebeuren, gewoon naar de huisarts kunnen en daarmee niet in een medisch circuit belanden, geeft respondent 8 aan).

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op macro- en mesoniveau; zo kan worden gekeken hoe deze wensen en behoeftes worden ondersteund op beleidsniveau (bijvoorbeeld door financiële bijdragen of het beïnvloeden van zorgprotocollen), en kunnen belangenbehartigers zich hard maken bij de overheid, zorginstellingen en verzekeraars om met oplossingen te komen voor deze wensen en behoeftes.

Oude dag Van de 10 respondenten hebben er 4 vragen over ‘wat er met hen gebeurd op hun oude dag’; 1 respondent is bang om weggepest te worden, 1 respondent denkt dat het (vanwege haar transgender aard) lastig kan worden wanneer ze in een verzorgingstehuis terecht zou komen, 1 respondent geeft aan veel te hebben gezien dat transgender personen weer ‘de kast ingaan’ zodra ze in een verzorgingstehuis terecht komen, en 1 respondent vraagt zich af of haar vroegere man-zijn terugkomt wanneer ze dement zou worden en vraagt zich af hoe haar medebewoners of hulpverleners met haar zouden omgaan.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op macro- en mesoniveau; zo kan worden gekeken hoe deze wensen en behoeftes worden ondersteund op beleidsniveau (bijvoorbeeld door financiële bijdragen of het beïnvloeden van zorgprotocollen), en kunnen transgender instellingen hier onderzoek naar doen en/of interventies doen die uitsluiting binnen verzorgingstehuizen tegengaan.

Specifieke hulpvragen/ gespecialiseerde hulp Van de 10 respondenten geeft er 1 aan nog behoefte te hebben aan psychologische hulp.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op voornamelijk microniveau, want deze respondent moet zelf de stap zetten naar gespecialiseerde hulp. Je zou echter ook kunnen beargumenteren dat op mesoniveau transgenderzorginstellingen zouden moeten onderzoeken hoe ze de drempel om gespecialiseerde hulp te vragen lager kunnen kaken.

Veiligheid Van de 10 respondenten geven er 3 aan zich niet altijd veilig te voelen op straat en een ervaring te hebben gehad waarin ze werden lastiggevallen vanwege hun transgender aard.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op macro- en mesoniveau; zo kan worden gekeken hoe deze wensen en behoeftes worden ondersteund op beleidsniveau (bijvoorbeeld door financiële bijdragen of de veiligheid van transgender personen nog beter binnen de wet waarborgen), en kunnen transgender instellingen hier onderzoek naar doen en deze problematiek neerleggen bij bijvoorbeeld de politie of andere instellingen die zich bezighouden met veiligheid.

Zichtbaarheid Van de 10 respondenten denken er 7 dat de zichtbaarheid van transgender personen belangrijk is voor hun ‘empowerment’; hierbij wordt genoemd dat het belangrijk is voor zowel de persoonlijke ‘empowerment’ van transgender personen als voor het bewust maken van de buitenwereld.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op macro-, meso- en microniveau; zo kan op macroniveau meer aandacht worden besteed aan transgender ouderen binnen de media of politiek, op mesoniveau kunnen transgenderinstellingen projecten initiëren die bijdragen aan de zichtbaarheid van transgender ouderen, en op microniveau kan een individuele transgender oudere bijdragen aan zichtbaarheid door zelf zichtbaar te zijn.

Werk Van de 10 respondenten geven er 5 aan een en wens of behoefte te hebben op het gebied van werk; 1 respondent ziet problemen bij transgender ouderen in het vinden van werk, 1 respondent geeft aan een drempel te ervaren bij solliciteren, 1 respondent denkt dat de angst om niet geaccepteerd te worden transgender personen weerhoudt om werk te zoeken, en 2 respondenten geven aan het werk waar ze voor zijn opgeleid fysiek niet meer aan te komen; waarvan 1 respondent toevoegt zich wel te hebben omgeschoold, maar te weinig werkervaring heeft voor banen waar ze wel interesse in heeft.

Deze categorie vraagt om een oplossingsrichting op macro-, meso- en microniveau; zo kan op macroniveau worden gekeken hoe deze wensen en behoeftes worden ondersteund op beleidsniveau (bijvoorbeeld door financiële bijdragen of de arbeidsvoorwaarden van transgender personen nog beter binnen de wet waarborgen), op mesoniveau kunnen transgenderinstellingen projecten initiëren die transgender ouderen weer aan het werk helpen of contacten onderhouden met werkgevers waar transgender personen van harte welkom zijn, en op microniveau kan een individuele transgender oudere bijdragen door zelf assertief te zijn in het vinden van werk, omscholen en/of creëren van eigen werk.

Tabel 8: categorie per niveau

Macro-niveau Meso-niveau Micro-niveau
  • Zichtbaarheid
  • Medisch traject & verzekeraars
  • Ontharing
  • Werk
  • Oude dag
  • Veiligheid
  • Zichtbaarheid
  • Medisch traject & verzekeraars
  • Het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid
  • Relatie
  • Ontharing
  • Werk
  • Oude dag
  • Veiligheid
  • Mobiliteit
  • Zichtbaarheid
  • Het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid
  • Relatie
  • Werk
  • Stem
  • Specifieke hulpvragen

5.6.2 Conclusie onderzoek: Wensen & behoeftes

De categorieën waar de respondenten van dit onderzoek een wens en/of behoefte over uitspreken (in volgorde van de meeste naar de minste aangegeven wensen en behoeftes) zijn: zichtbaarheid, het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid, het medisch traject en verzekeraars, relatie, werk, ontharing, stem, oude dag, veiligheid, mobiliteit en specifieke hulpvragen. De categorieën van wensen en behoeftes die een oplossing vragen op macroniveau zijn: zichtbaarheid, het medisch traject en verzekeraars, ontharing, werk, oude dag en veiligheid. De categorieën van wensen en behoeftes die om een oplossing vragen op mesoniveau zijn: zichtbaarheid, het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid, het medisch traject en verzekeraars, ontharing, werk, relatie, oude dag, veiligheid en mobiliteit. De categorieën van wensen en behoeftes die om een oplossing vragen op microniveau zijn: zichtbaarheid, het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid, relatie, stem en specifieke hulpvragen.

5.7. Voorlopige conclusie deelvraag 4

In dit onderzoek is onderzocht wat de ervaring van transgender ouderen in Nederland is op het gebied van empowerment. Transgender ouderen lijken geen beperking te ervaren in hun rechten als gevolg van hun transgender zijn en lijken een volwaardige plek in hun omgeving in te nemen in tegenstelling tot het geschetste beeld van de transgender ouderen als kwetsbare groep die zich vaak in een intolerante omgeving bevindt (zie probleemstelling, paragraaf 1.5).

Wat bijdraagt aan de mate waarin empowerment wordt ervaren, is de identiteitsvorming. Identiteitsvorming leidt tot kenniservaring en kenniservaring leidt ertoe dat transgender ouderen beter in staat zijn om met moeilijke situaties om te gaan die gebonden zijn aan hun ‘transgender-zijn’, De transgender ouderen in het onderzoek hebben hun identiteitsvorming al ondergaan en dit heeft er mogelijk toe geleid dat transgender ouderen in het onderzoek een hoge mate van empowerment ervaren. Deze aanname zal nog verder onderzocht kunnen worden in vervolgonderzoek.

Behalve het doorlopen proces van identiteitsvorming zijn er nog drie belangrijke beïnvloedende factoren die van invloed zijn op het ervaren van empowerment onderzocht in deze deelvraag. Namelijk de factor overlevingsstrategieën, veerkracht en de omgeving.

Transgender ouderen in dit onderzoek maken gebruik van overlevingsstrategieën. De strategieën die door huidige genderdiverse personen worden genoemd om met gendernormen om te gaan (Cense, 2017) zijn te herkennen in de vroege identiteitsontwikkeling van de transgender ouderen in dit onderzoek. Zo gebruiken zij de strategie ‘navigeren door gendernormen’ en de strategie ‘aanpassen om veilig te zijn’. De strategie ‘eigen ruimte claimen’ is bij de transgender ouderen in dit onderzoek te herkennen wanneer ze al een stuk dichter bij hun ‘ware identiteit’ zijn gekomen. De strategieën ‘actief sociaal verzet’ en ‘spelen met gender’ is niet zo te herkennen in de identiteitsontwikkeling van de transgender ouderen.

Veerkracht speelt ook een rol in het proces van empowerment van transgender ouderen. Een constructieve kijk op het verleden, het niet innemen van een slachtofferrol, een sterke wil om met de eigen ervaringen anderen te helpen, de kracht van geven en de verantwoordelijkheid van de omgeving zijn belangrijke bouwstenen voor veerkracht. Deze laatste vervult ook een belangrijke rol in het proces van empowerment, omdat ze een verantwoordelijkheid heeft in het bieden van kansen op positieve identiteitsvorming en rolverwerving, het vermijden van het ‘tweede trauma’ als gevolg van ‘de kracht van het geven’, het openstellen en creëren van warme plekken, groepen en steunfiguren en in het scheppen van mogelijkheden waar de ‘kwetsbare persoon’ kan ‘geven’.

Ook de omgeving speelt een rol in het proces van empowerment van transgender ouderen in dit onderzoek. Alle transgender ouderen hebben in hun kindertijd al te maken gehad met afwijzing en onbegrip vanuit de omgeving. Het beschreven tijdsbeeld in hoofdstuk 2 geeft aan dat dit een realiteit was die het grootste gedeelte van het leven van transgender ouderen voort bleef duren en waardoor de ‘angst voor het oordeel van de buitenwereld’ werd gevoed. Op de dag van vandaag ervaren de transgender ouderen in dit onderzoek echter naast afwijzing ook acceptatie.

De wensen en behoeftes van de transgender ouderen op het gebied van empowerment, zijn onder te verdelen in de categorieën: zichtbaarheid, het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid, het medisch traject en verzekeraars, relatie, werk, ontharing, stem, oude dag, veiligheid, mobiliteit en specifieke hulpvragen. De categorieën van wensen en behoeftes die een oplossing vragen op macroniveau zijn: zichtbaarheid, het medisch traject en verzekeraars, ontharing, werk, oude dag en veiligheid. De categorieën van wensen en behoeftes die om een oplossing vragen op mesoniveau zijn: zichtbaarheid, het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid, het medisch traject en verzekeraars, ontharing, werk, relatie, oude dag, veiligheid en mobiliteit. De categorieën van wensen en behoeftes die om een oplossing vragen op microniveau zijn: zichtbaarheid, het fysiek vormgeven van vrouwelijkheid, relatie, stem en specifieke hulpvragen.

Lees verder: Conclusies & aanbevelingen